donderdag 12 augustus 2010

The drugs work

5 augustus

6u: ik mag niet eten, drinken of roken. En ik moet om zes uur opstaan.
Neen. Keert u even terug, wilt u?
Wedden dat uw oog veels te snel over vorig zin gleed?
Wacht, ik vat het even voor u samen om de ernst van de zaak te onderstrepen:
nuchter, en oja hahaha nog steeds werkloos, om zes uur s'ochtends...dat voorspelt niet veel lekkers now does it?

8u: mijn happy-feelings krijgen alweer een deuk als ik de vestimentaire code voor die dag onder mijn neus geschoven wordt: één groene papieren muts en één operatieschort.
Ik werp de verpleegster een blik toe die vrijelijk te interpreteren valt als;
"Dame, ik wandel nog liever de Meir af met een knoert van een camel-toe, en een haaruitgroei van zes maanden ver.
Op een zaterdag.
Bij -5°C."
Is het u trouwens al opgevallen hoe verpleegsters echt niet te vermurwen zijn?
Gelukkig wordt al snel een blauwe pil onder m'n tong geschoven om het fashionista-euvel van weleer te doen verhuizen naar lucy in the sky met diamonds en nog wat strawberry-fields aan toe!

8u.30: Mijn anesthesist excuseert zich terwijl hij mijn linkerhand tot steak haché herleidt, maar ik lach hem minzaam toe.
"het is ok, ik heb de blauwe pil gekregen"
Zijn lach verraadt dat hij weet waarover ik het heb.
En net als ik hem wil vragen wie hun blauwe-pil-dealer is, en of hij op Facebook zit, wordt ik vakkundig naar een andere dimensie gecatapulteerd.

12u: Terug op de kamer. Whatever. Blauwe pil.

14u: Ik krijg een roommate, en beschuit. Yep, dat is nu toch ook wel EXCACT wat ìk zou voorschotelen aan iemand die luttele uren eerder geïntubeerd werd.
Lekker droge, schurende beschuit.
Ik gebruik de aardbeienconfituur royaal maar helaas, ik blijf me een mismeesterde Linda Lovelace voelen na de zoveelste take van hèt finale cumshot.

18u: boterhammen. En nu valt me pas op dat ik beter hoor, en dat m'n smaakpappillen niet meer deugen wegens een lichtjes getoucheerde smaakzenuw. Maar ik klaag niet.
Behalve een bebloede oorlel zie ik er ook helemaal niet geopereerd uit, toch wel een meevaller als ik de dame aan de andere kant van de kamer gadeslaag: een dikke neus en twee tampons in haar neusgaatjes.
Mijn empathie weerhoudt me ervan haar uit te lachen, en maar goed ook want als ik een halfuur later uit bed probeer te geraken blijkt dat mijn evenwicht het equivalent bereikt heeft van een onwelriekend oud mannetje met een kanjer van een alcoholverslaving.

We zijn aan mekaar gewaagd, zij & ik.
Tamponneus en Zatte oorlel.

Ik vergeet die avond nog te vragen of zij soms de naam van de dealer weet...